Van de middeleeuwse builenpest tot Covid-19: de economische en sociale impact van een pandemie is telkens opnieuw groot. Brits professor Mark Harrison, historicus aan de universiteit van Oxford en veiligheidsadviseur van de Britse regering tijdens de coronapandemie, doet onderzoek naar epidemieën en de maatregelen die overheden nemen om ze in te dammen. “We zijn niet klaar voor een volgende pandemie. Het vertrouwen is weg, de polarisatie erger dan ooit. Als je dat niet aanpakt, zijn alle gezondheidsmaatregelen gedoemd om te mislukken.” Op 28 februari geeft Harrison een lezing aan de VUB.
Wie dacht dat Covid-19 erg was, heeft niet goed opgelet in de geschiedenisles. In het midden van de veertiende eeuw zaaide de builenpest wereldwijd dood en chaos. De ‘Zwarte Dood’ was extreem besmettelijk – besmette kleren aanraken was genoeg – en zeer dodelijk. Op vijf jaar tijd stierven op het Europese continent alleen meer dan 20 miljoen mensen, bijna een derde van de toenmalige bevolking. Ter vergelijking: Covid-19 zou mondiaal 7 miljoen mensen gedood hebben.
De sociale, economische en culturele impact van de Zwarte Dood was enorm. Mark Harrison, professor in de geschiedenis van de geneeskunde aan Oxford University, ziet toch een lichtpuntje. In het zog van de pest ontstonden de eerste publieke gezondheidsmaatregelen en -organisaties.
Mark Harrison: “De builenpest arriveerde eerst in de Italiaanse havensteden, via de toenmalige handelsroutes met het oosten. De mensen hadden geen benul van bacteriën, maar ze merkten wel dat schepen de ziekte meebrachten. Dat leidde tot de eerste publieke gezondheidsrespons in de geschiedenis. Men nam quarantainemaatregelen en zonderde zieke of verdachte mensen af in lazaretto’s, ziekenhuizen voor pestslachtoffers. Straten werden schoongemaakt en besmette kledij verbrand. Venetië richtte als eerste stadsstaat een gezondheidsraad op, die dergelijke maatregelen kon opleggen. In de eeuwen erna ontstonden overal in Europa soortgelijke organisaties.”
Toch waren we zes eeuwen later niet klaar voor Covid-19. Waren we in slaap gesust, doordat de laatste zware pandemie al van 1918 geleden was?
“In het westen waren we klaar voor de verkeerde pandemie: iedereen verwachtte een vorm van influenza, zoals de griepepidemieën in de jaren vijftig en zestig. Daarop waren onze modellen gebaseerd. Maar Covid-19 bleek een heel andere ziekte. In het verre oosten was men iets beter voorbereid, door de recente ervaringen met MERS en SARS. Na de MERS-uitbraak in Korea in 2015 creëerde dat land bijvoorbeeld links tussen gezondheidsorganisaties, universiteiten en de industrie. Daardoor konden ze al in een vroeg stadium een testkit voor Covid-19 ontwikkelen.” (Lees verder onder het kaderstuk)
LEZING: ‘De prijs van vrijheid: wat we leren van Covid-19 en andere pandemieën’
De ene pandemie is de andere niet en tijdens een pandemie is er meestal weinig tijd voor ethische reflectie. Daarom geeft professor Mark Harrison op woensdagavond 28 februari een lezing met debat aan de VUB in Jette. De lezing kreeg als titel ‘De prijs van vrijheid: wat we leren van Covid-19 en andere pandemieën’ en maakt deel uit van de lezingenreeks ‘Kennis in Internationaal Perspectief’, een initiatief van kennishistoricus en kennisfilosoof aan de VUB, Cornelis J. Schilt. Na de lezing gaat prof. Mark Harrison in gesprek met VUB-professoren Cornelis J. Schilt en Dirk Devroey (huisartsgeneeskunde) en het publiek over welke overheidsmaatregelen geoorloofd zijn en welke overroepen tijdens internationale gezondheidscrisissen. Moderator is filosofe en VUB PACT-curator Alicja Gescinksa.
Dat onze modellen op influenza gebaseerd waren, wat was daar het probleem mee? “Van vroegere epidemieën wisten we dat beperkingen van de bewegingsvrijheid kunnen werken. Bij influenza lukt dat met relatief korte maatregelen, bij Covid-19 bleef het maar aanslepen. Dat is een belangrijke les die we moeten meenemen: heel strikte maatregelen kan je niet zo lang volhouden. De maatschappelijke domino-effecten zijn rampzalig en mensen houden het gewoon niet vol. Daardoor volgen ze de regels steeds minder goed op en dragen ze net bij aan een snellere verspreiding.”
Vooral voor kinderen en jongeren was het een harde dobber. “In het begin waren die meer dan bereid om hun steentje bij te dragen, zodat oudere mensen niet zouden sterven. Maar de beperkende maatregelen bleven maar duren. De impact was groot: op hun geestelijke gezondheid, hun schoolresultaten, hun loopbaanvooruitzichten,… Die intergenerationele ongelijkheid is onvoldoende erkend. Er is nooit een echt ethisch debat gevoerd of het wenselijk was om de sociale contacten tussen jongeren zo lang zo sterk te beperken om de levens van de oudere bevolking te redden. Ik zeg niet dat er een juist of fout antwoord is, alleen dat het debat niet is gevoerd.”
“In het westen waren we klaar voor de verkeerde pandemie.”
Een ethisch debat midden in een pandemie, dat klinkt moeilijk? “Dat klopt. Maar toen duidelijk werd dat de strijd tegen Covid-19 lang zou duren, had het wel moeten gebeuren, zeker omdat vooral jongeren de grenzen van de coronamaatregelen aftastten of er openlijk tegen rebelleerden. Op den duur lapten ze de maatregelen aan hun laars, dat was duidelijk. Een overheid moet daar rekening mee houden als ze controlemaatregelen invoert.”
China legde keiharde en langdurige lockdowns op, Zweden hanteerde een losse aanpak, waarbij mensen wel veel bewegingsruimte behielden. De rest zat daar ergens tussenin. Wie had gelijk?
“Daar is geen eenduidig antwoord op. De geografie, de economie, de sociaal-etnische samenstelling, het vertrouwen in politiek en autoriteitsfiguren,… elk land is anders. Wat op de ene plek werkt, zal elders mislukken. Een eiland als Taiwan kan je hermetisch afsluiten, een open economie als België veel moeilijker. Maatregelen die Chinezen wel aanvaarden, zouden niet werken in het Verenigd Koninkrijk. Dat is nog een belangrijke les van Covid-19: er is geen one-size-fits-all aanpak voor een pandemie. Je moet de ziekte zelf begrijpen en uitzoeken hoe je die idealiter het beste zou aanpakken, maar daarna moet je ook kijken naar de haalbaarheid in jouw land.”
“Er is geen one-size-fits-all aanpak voor een pandemie.”
Werkte de Zweedse aanpak omdat de bevolking veel vertrouwen heeft in de overheid?
“Over het algemeen zijn Zweden blijkbaar meer bereid om zichzelf te reguleren dan elders in Europa. Pas op, dat is geen statisch gegeven. Ook maatschappijen leren bij. Iedereen weet nu uit ervaring hoe lastig verplichte lockdowns zijn. Misschien zullen mensen in andere landen tijdens een volgende pandemie meer bereid zijn om aan zelfdiscipline en zelfregulering te doen. België zou het dan ook met het Zweeds model kunnen proberen.”
Hoe anders was Covid-19 dan de vorige pandemieën die u als historicus bestudeert?
“Het is bekend dat pandemieën sociale breuklijnen naar boven brengen en verergeren. Tijdens de zogenaamde derde pestpandemie, rond 1900, leidden strenge quarantainemaatregelen van de Britse autoriteiten tot veel ressentiment en protest in de kolonies in India, Hong-Kong en Zuid-Afrika. Sommige maatregelen waren wellicht ook raciaal gemotiveerd. Ik was dus niet echt verrast dat ook Covid-19 sociale breuklijnen blootlegde. In het Verenigd Koninkrijk brachten de coronamaatregelen en de vaccinatiecampagne bijvoorbeeld een latente angst naar boven: de angst om de controle te verliezen aan een technocratische elite en ontmenselijkt te worden door technologie.”
De polarisatie die er al was, werd dieper?
“Zeker. Als reactie op de coronamaatregelen ontstonden en verhardden bovendien nieuwe identiteiten, aan beide kanten van het spectrum. Je kreeg verwoede voorstanders van harde lockdowns, coronapasjes om uit te gaan en verplichte vaccinaties, maar ook mensen die er zich blauw aan ergerden. Die visies maken sindsdien intrinsiek deel uit van hun identiteit. Ook ongewoon in de historische context is hoe het verzet tegen de coronamaatregelen een internationaal fenomeen werd.”
Deze pandemie heeft een onverwacht lange staart?
“Op het vlak van dodelijke slachtoffers was Covid-19 onbeduidend. Maar qua politieke repercussies lijkt het me de meest significante pandemie sinds de Zwarte Dood. Er zat al veel druk op de samenleving door globalisatie, technologie en nieuwe communicatievormen. Covid-19 heeft daar nog een schep bovenop gedaan.”
“Als reactie op de coronamaatregelen ontstonden en verhardden nieuwe identiteiten, aan beide kanten van het spectrum.”
Zijn we klaar voor een volgende pandemie?
“In de huidige politieke en sociale context? Nee. De verdeeldheid en het wantrouwen in elkaar en in de overheid zijn zo groot, dat het extreem moeilijk zou zijn om zelfs een kortstondige lockdown op te leggen. Het zal jaren duren om dat vertrouwen te herstellen. De mensen zijn hun vertrouwen niet alleen kwijt omdat politici als Boris Johnson geheime lockdownfeestjes hielden. Het probleem gaat veel dieper dan dat. Dat besef is er nog te weinig bij het beleid en bij de publieke gezondheidsorganisaties.”
Wat moet er dan gebeuren?
“Er is nood aan echte dialoog. In plaats van mensen te demoniseren of als wappies weg te zetten, moeten we luisteren naar hun bezorgdheden en klachten. Je kunt een pandemie of een andere sociale crisis niet oplossen, als je niet begrijpt waarom mensen angstig en wantrouwig zijn.”
De wereld heeft je nodig
Dit initiatief maakt deel uit van het publieksprogramma van de VUB: een programma voor iedereen die vindt dat het anders kan in de wereld en gelooft dat wetenschappelijke inzichten, kritisch denken en dialoog een belangrijke eerste stap zijn om je stempel te drukken op jouw omgeving en de wereld.
Als Urban Engaged University wil de Vrije Universiteit Brussel een drijvende kracht van verandering in de wereld te zijn. Met ons academisch onderwijs en ons innovatief onderzoek dragen we bij aan de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties en drukken we mee onze stempel op de toekomst.
Creëer mee(r) impact Ontvang uitnodigingen voor VUB's publieksactiviteiten