Het voorzitterschap van de Vlaamse Interuniversitaire Raad (VLIR) wordt via een toerbeurtregeling opgenomen door de rector van een Vlaamse universiteit, en dit voor een duurtijd van twee jaar. Rector Jan Danckaert (VUB) neemt op 1 september de fakkel over van rector Rik Van de Walle (UGent).
“De voorbije twee jaren als VLIR-voorzitter waren uitermate boeiend”, zegt afscheidnemend voorzitter Rik Van de Walle. “De universiteiten blijven zoals vanouds hun verantwoordelijkheid nemen bij de opleiding van nieuwe generaties jongeren, bij het ontsluiten van nieuwe kennis voor een welvarender Vlaanderen, en door actief bij te dragen tot ​ het maatschappelijk debat over fundamentele uitdagingen. Voor deze opdrachten ontvangen zij een basisfinanciering van de overheid. Het is onverantwoord dat dit sociaal contract met de universiteiten systematisch ondergraven wordt door jaren van besparingen en het niet honoreren van de decretale financieringsmechanismen.”
Inkomend voorzitter Jan Danckaert benadrukt eveneens de rol die de universiteiten spelen als motoren voor welvaart en welzijn: “Het herstel van de basisfinanciering is onontbeerlijk ten einde het onderwijs, onderzoek en innovatie en maatschappelijke dienstverlening op internationaal toonaangevend niveau blijvend te realiseren, bij te dragen aan welvaart en welzijn in Vlaanderen en een antwoord te bieden aan de grote maatschappelijke uitdagingen, zoals de groene en de digitale transformatie. Wij rekenen erop dat de volgende Vlaamse Regering daadkrachtig inzet op het herstel van het sociaal contract met onze universiteiten. Onze instellingen kunnen de aanhoudende besparingsgolven immers niet langer absorberen”. ​ ​
In de schoot van de Vlaamse Interuniversitaire Raad wil rector Danckaert de uitwisseling van relevante goede beleidspraktijken blijvend stimuleren vanuit de overtuiging dat interuniversitaire dialoog en krachtenbundeling de slagkracht en wendbaarheid van de universiteiten ten goede komt. Maar minstens even belangrijk voor hem zijn onderwerpen als welzijn, inclusie en diversiteit. Ook het respect voor mensenrechten in internationale samenwerking blijft een belangrijk aandachtspunt. Daarnaast wil hij investeren in structureler overleg op interuniversitair niveau met het bedrijfsleven. ​