Politicologe Karen Celis doet binnen het VUB Centre for Democratic Futures onderzoek naar de kwaliteit van de democratie. “We stellen vast dat er heel veel mensen boos, gedegouteerd en angstig zijn voor de toekomst. Democratische innovaties houden heel weinig rekening met die emoties.”

“We bestuderen niet alleen hoe de politiek en de democratie eruitzien, maar proberen dat ook te koppelen aan vernieuwingen die de democratische tekorten kunnen opvangen en ons politiek systeem kunnen verbeteren.”

Wat moeten we ons bij die verbeteringen voorstellen?

“Dat kan gaan over meer participatieve vormen van democratische vernieuwing, maar zeker ook over hoe politieke partijen beter kunnen functioneren en hoe de relatie tussen burger en verkozen politici en democratische instellingen kan verbeteren. Vanuit die focus werden we gevraagd door het Horizon Europe project PLEDGE. Dat wil de emotionele component onderzoeken van politieke protesten die meer en meer het democratisch functioneren bepalen en ook bedreigen. De vraag is hoe die mechanismen in elkaar zitten, welke emoties bij protest goed zijn voor onze democratie en welke ondermijnend kunnen zijn. De bestorming van het Capitool bijvoorbeeld, was een uitbarsting van gekanaliseerde woede die niet bepaald goed was voor de democratie.”

"Een boze burger maakt dat politici oor hebben naar wat er leeft in de maatschappij, houdt politici bij de les en zorgt er uiteindelijk voor dat ze democratisch functioneren."

 

Hoe pak je zo’n onderzoek aan?

“We zijn in PLEDGE met 12 partners, daarbij zitten heel wat politieke psychologen die onderzoek doen naar allerlei emoties bij onder andere mensen die heel dicht betrokken zijn bij het Russisch-Oekraïens conflict. Ook milieuprotesten en populistische groeperingen zitten in de empirische studies die we in Europa zullen voeren. De VUB-groep Democratic Futures focust zich op het nadenken over en het ontwikkelen van emotie-sensitieve democratische innovatie. Enerzijds stellen we vast dat er heel veel mensen boos, gedegouteerd en angstig zijn voor de toekomst. Anderzijds houden democratische innovaties heel weinig rekening met die emoties. In een ideale democratie worden de problemen van mensen verholpen, maar voelen ze zich ook gehoord, gezien en erkend. Dan stelt zich de vraag hoe we onze democratische innovaties kunnen ontwerpen op een manier die dergelijke gevoelens bevorderen en zo de democratie versterken.”

Niet elke boze burger zal het gevoel hebben dat ze democratie aan het ondermijnen zijn.

“Nee, zeker niet. En een boze burger maakt dat politici oor hebben naar wat er leeft in de maatschappij, houdt politici bij de les en zorgt er uiteindelijk voor dat ze democratisch functioneren. Maar er zijn ook politieke actoren/entrepreneurs die heel goed inzien dat angstige en boze gevoelens gebruikt kunnen worden voor een antidemocratische doeleinden.”

Heb je het idee dat de laatste verkiezingen meer bepaald werden door emoties?

“Er is zeker geen stijlbreuk met de vorige geweest. Maar het is wel duidelijk dat de misnoegdheid zich al een hele tijd aan het opbouwen is en die zie je wel degelijk in onze verkiezingen opduiken. Onder meer aan het feit dat er zo’n 1,5 miljoen Belgen niet zijn gaan stemmen, blanco of voor de partij Blanco stemden. En er zijn veel proteststemmen geweest. Wat ik wel voorzichtig zou willen lezen in de verkiezingsresultaten is dat de burger de hoop niet heeft opgegeven en is gaan stemmen vóór iets en niet enkel tegen ‘Het Systeem’.” 

"Wat we al te vaak over het hoofd zien is dat het populisme ook een verbindend discours heeft over het ‘wij’."

“Wat heel dominant is in het politiek gebeuren van vandaag is die complexe mix van boosheid, woede, frustratie en verontwaardiging enerzijds en de hoop en verwachting op goed bestuur anderzijds. We zien de opmars van extreemrechts in Europa die volop de kaart trekt van de verontwaardiging en het verwerpen van de politiek. Die evolutie die antidemocratische gevolgen kan hebben moeten we nauwgezet volgen én proberen keren wanneer het de antidemocratische toer opgaat.”

Vind je het niet moeilijk om te bepalen wat democratisch en antidemocratisch is?

“Het is zeker moeilijk om dat precieze punt te bepalen waarop we niet meer van een liberale democratie spreken maar bijvoorbeeld van een illiberale. Zoals in Hongarije waar de democratie zover wordt uitgehold dat er enkel nog het flinterdunne laagje van verkiezingen overblijft.” 

Wat opvalt is dat populisten heel goed kunnen inspelen op emoties. Missen we dat bij de prodemocratische partijen?

“Traditionele partijen worden zwaar overklast op vlak van emotionele, affectieve strategieën van populisten. Die spreken recht naar het hart en de buik van de mensen op een efficiënte manier. Heel veel mensen ervaren vandaag tekorten op economisch gebied, in het onderwijs, in de dienstverlening of kunnen niet mee met de digitalisering. Door die ervaringen hebben ze het gevoel dat ze niet meetellen, dat ze aan hun lot overgelaten worden. Mensen reageren daar emotioneel op; ze schamen zich en wijten het aan zichzelf. Dat is een diepmenselijke reactie. Het populisme biedt hen echter het narratief aan dat zij niet de schuldigen zijn maar ‘de anderen’: de migranten, de moslims, de woke-elite, de feministen, de media … Het is een simpel en tegelijk wervend verhaal. Maar wat we al te vaak over het hoofd zien is dat het populisme ook een verbindend discours heeft over het ‘wij’. ‘Wij’ die terug voor elkaar gaan zorgen. Ze pleiten voor de warme gemeenschap van weleer toen alles nog ‘beter en normaal’ was. Maar die originele zuivere staat die is er nooit geweest, en het is natuurlijk ook niet zo dat vroeger alles beter was.”