De Vrije Universiteit Brussel (VUB) zet zich al enkele jaren in om een 'Compassionate University' te worden: een plek waar studenten en medewerkers zich gesteund voelen bij uitdagingen zoals ernstige ziekte, rouw, verlies en mantelzorg. Dit initiatief staat centraal in het doctoraatsonderzoek van Hanne Bakelants (End of Life Care Research Group & Society and Ageing Research Lab), die de afgelopen jaren het proces naar een meer compassievolle universiteitsgemeenschap onder de loep nam.
Wat is een ‘Compassionate University’?
Het idee van een Compassionate University is geïnspireerd door het concept van 'compassionate communities', voorgesteld door socioloog en professor Allan Kellehear. Deze aanpak stelt dat zorg rond het levenseinde niet alleen de verantwoordelijkheid van professionals is, maar dat gemeenschappen - zoals buurten, scholen, bedrijven - een cruciale rol spelen bij het bieden van ondersteuning tijdens deze uitdagende levensfasen. "Een universiteit is ook een gemeenschap", vertelt Bakelants. “Daarom willen we ruimte creëren waar mensen niet alleen intellectueel, maar ook emotioneel ondersteund worden.”
Op 19 november 2019 ondertekende de VUB, onder leiding van toenmalige ererector Caroline Pauwels, een intentieverklaring om te streven naar een meer ‘Compassionate University’. Met die verklaring wil de VUB ernstige ziekte, rouw, verlies, en (mantel)zorg zichtbaar en bespreekbaar maken binnen haar gemeenschap.
Luisteren naar studenten en medewerkers
Hanne Bakelants startte in 2020 aan haar doctoraat, dat naadloos aansluit bij het concept van de VUB als ‘Compassionate University’. Via interviews en focusgroepen heeft Bakelants de ervaringen en noden van studenten en medewerkers in kaart gebracht. Haar bevindingen wijzen op een grote bereidheid om thema’s als rouw en mantelzorg bespreekbaar te maken, maar ook op de nood om structurele obstakels aan te pakken. Zo ontbreekt het vaak aan duidelijke en inclusieve beleidsmaatregelen.
“Als er bijvoorbeeld geen rouwverlof wordt voorzien wanneer je beste vriend overlijdt, en je gewoon op de werkvloer moet verschijnen, voelt het alsof er geen ruimte is voor verdriet,” legt Bakelants uit. “De afwezigheid van verlof impliceert dat je er maar snel overheen moet komen. Dit weerspiegelt een bredere maatschappelijke tendens: we moeten verder, en het mag niet te veel storen. Met de ‘Compassionate University’ willen we dit doorbreken door wél ruimte te maken voor verdriet.”
Troost(acties) aan de VUB
Met verschillende acties en initiatieven groeit de VUB uit tot een instelling waar begrip en steun voor studenten en personeel een plek heeft. Zo is er op de campus in Etterbeek het Monument van Troost, een stilteplek waar jaarlijks het Moment van Troost plaatsvindt. Tijdens dit evenement zijn alle VUB’ers en hun naasten welkom om samen stil te staan bij verlies en herinneringen te delen. Andere initiatieven zijn de symbolische ‘lege’ stoel tijdens de academische opening, ter nagedachtenis aan iedereen die niet aanwezig kon zijn of een rouwgids die werd opgemaakt om studenten en medewerkers een houvast te bieden.
“We hebben ‘tips en tricks’ ontwikkeld die mensen helpen om gesprekken aan te gaan en steun te bieden, zoals: hoe start je een gesprek met iemand die terugkomt na een verlies,” aldus Bakelants.
In november 2023, werd ook voor het eerst de ‘Compassionate Week’ georganiseerd, een jaarlijks evenement dat nu een vaste plaats op de universitaire agenda heeft. De tweede editie vond recent plaats in november 2024. Er waren verschillende activiteiten: van seminaries en een troostwandeling, tot een compassionate café. En bijzonder hoogtepunt was de literatuuravond, waar studenten het podium betraden met eigen teksten over de dood, rouw, en verlies. Deze initiatieven tonen dat rouw, de dood, sterven, en verlies ons allemaal aangaan, en dat we dit binnen de universiteit samen kunnen dragen.
De weg naar een cultuurverschuiving
Bakelants hoopt dat de principes van een ‘Compassionate University’ structureel worden ingebed in het beleid van de VUB: “Mijn droom is dat dit niet meer iets is waarvoor een aparte kerngroep nodig is, maar dat het een vanzelfsprekend deel van de universiteitscultuur wordt.”
Naast haar werk aan de VUB ziet Bakelants ook bredere mogelijkheden. Ze wijst op de toenemende uitdagingen rond mantelzorg en de impact ervan op studenten. Maar liefst een op de vijf jongeren zou zijn studies combineren met mantelzorg. “Dit is een thema dat dringend meer aandacht vraagt, zowel binnen universiteiten als op maatschappelijk niveau.”
Het onderzoek toont aan hoe cruciaal het is om thema’s zoals rouw en mantelzorg uit de taboesfeer te halen. Bakelants heeft door haar onderzoek ook zelf ervaren hoe waardevol het kan zijn om deze drempel te overwinnen: “Iedereen kent het wel: als iemand overlijdt, weet je vaak niet wat je moet zeggen. Je begint een bericht te typen, maar stopt halverwege. Dankzij mijn onderzoek heb ik geleerd die schroom te doorbreken en concrete vragen te stellen, zoals ‘hoe gaat het?’ of ‘kan ik je bellen?’. Daarnaast probeer ik mijn omgeving te motiveren om bijvoorbeeld wél dat kaartje te sturen. Want alles is beter dan niets doen.”
Onderzoek(ers) in de kijker
Dit artikel maakt deel uit van de campagne ‘Onderzoek(ers) in de kijker’. Deze campagne zet gepassioneerde VUB-wetenschappers en hun inspirerend onderzoek in de schijnwerpers. Ontdek via de kanalen van wetenschapbrussel de gezichten achter innovatief onderzoek aan de VUB en laat je verrassen door hun inzichten en ontdekkingen!
Bio Hanne Bakelants
Hanne Bakelants behaalde een master in Onderwijskunde (2019, Katholieke Universiteit Leuven) en een master in Globalisation and Development Studies (2020, Universiteit Maastricht). In oktober 2020 vervoegde ze de onderzoeksgroep End-of-Life Care als doctoraatsonderzoeker die werkt aan de ontwikkeling, implementatie en evaluatie van Compassionate Communities. Door middel van actieonderzoek wil ze de processen en mechanismen onderzoeken die leiden tot succesvolle ontwikkeling van Compassionate Communities door implementatiemogelijkheden, barrières en potentieel voor opschaling en verspreiding te identificeren.