De aandacht voor elektrisch rijden groeit, maar dat vertaalt zich niet meteen in een stormloop op elektrische wagens. Vandaag is slechts 4 procent van de personenwagens in België volledig elektrisch, terwijl hybride wagens zo’n 12 procent van het totale wagenpark uitmaken. Traditionele benzine- en dieselwagens blijven voorlopig koning in ons land. ‘Dat heeft vooral te maken met de aankoopprijs’, zegt VUB-professor Lieselot Vanhaverbeke. ‘Maar wie die drempel overwint, merkt al snel dat elektrisch rijden juist een besparing oplevert.’
Zo’n 80% van de elektrische wagens en 55% van de hybrides in België staan geregistreerd op naam van vennootschappen. ‘De gemiddelde elektrische bestuurder is een hoogopgeleide man in de leeftijdscategorie 35-55 jaar, die tot de middenklasse behoort en in een vrijstaande woning met een eigen laadpaal woont’, zegt professor Lieselot Vanhaverbeke, verbonden aan de vakgroep Business Technology and Operations (BUTO) en de onderzoeksgroep Electromobility Research Centre (MOBI) van de Vrije Universiteit Brussel. Voor particulieren blijft de stap naar een elektrisch voertuig groter, hoewel de interesse duidelijk aanwezig is. ‘In onze Europese bevraging bij meer dan 20.000 respondenten gaf 57% van de bestuurders van niet- elektrische voertuigen aan te overwegen om op korte, middellange of lange termijn de overstap te maken.’
"Elektrische batterijen kunnen veel meer kilometers aan dan initieel gedacht, waardoor e-wagens hun waarde goed behouden"
Voordelen zijn duidelijk
‘Waar sociale factoren zoals status vroeger ook een rol speelden, kiezen mensen vandaag duidelijk uit overtuiging’, zegt de professor. ‘Elektrische voertuigen hebben over hun hele levenscyclus - van productie tot recyclage – een aanzienlijk lagere klimaatimpact dan benzine- en dieselwagens.’ Omdat ze geen luchtverontreinigende stoffen uitstoten, dragen elektrische wagens ook bij aan een betere luchtkwaliteit. ‘Dat is vooral van belang in grootsteden zoals Brussel, waar de luchtkwaliteit ver ondermaats is. Een snelle transitie naar elektrisch rijden kan hier voor een enorme verbetering zorgen.’
Barrières verdwijnen
Drempels zoals laadstress, de zogenaamde beperkte batterijcapaciteit en een vaag kostenplaatje behoren volgens de professor steeds meer tot het verleden. ‘Dankzij betere batterijen en geavanceerde algoritmes is reikwijdte vandaag geen issue meer. Voor lange afstanden kan je rekenen op snellaadstations, die als paddenstoelen uit de grond schieten. De laadwoestijnen van vroeger zijn verdwenen.’ Ook thuisladen wordt alsmaar eenvoudiger. ‘Steden zetten volop in op publieke laadpunten op straat, zodat je niet per se een eigen laadpaal nodig hebt. Met de invoering van de Europese AFIR-wetgeving zijn laadpunten bovendien verplicht om hun tarieven duidelijk te afficheren, wat elektrisch laden net zo transparant maakt als tanken’. Een extra troef is de waardevastheid van elektrische wagens. ‘Elektrische batterijen kunnen veel meer kilometers aan dan initieel gedacht, waardoor e-wagens hun waarde goed behouden.’
"Europese spelers hinken op vlak van technologie achterop ten opzichte van andere continenten"
Wat houdt twijfelaars nog tegen?
Ondanks de enorme vooruitgang blijven er enkele barrières bestaan. ‘De kostprijs blijft een drempel’, zegt de professor. ‘Dat speelt het sterkst bij jongeren, die duidelijk overtuigd zijn van elektrisch rijden, maar niet over voldoende budget beschikken.’ Uit de Europese bevraging blijkt bovendien dat 25% van de respondenten helemaal niet geïnteresseerd is in de aanschaf van een elektrische wagen. ‘Een lagere kostprijs kan helpen om ook die groep over de streep te trekken, net als een sterke tweedehandsmarkt. We moeten ervoor zorgen dat onze tweedehandswagens niet naar het buitenland verdwijnen, maar beschikbaar blijven voor Belgische kopers voor wie een nieuwe elektrische wagen onhaalbaar is.’ Eens je over de barrière van de aankoopprijs stapt, levert elektrisch rijden net een besparing op. ‘Je betaalt een stuk minder voor verbruik en een EV heeft amper onderhoud nodig. Breng je die operationele kosten mee in rekening, dan is een elektrische wagen in totaliteit momenteel goedkoper dan een voertuig op fossiele brandstoffen. Het is essentieel om deze voordelen te blijven benoemen. Net zoals bij elke nieuwe technologie zijn er ook bij elektrisch rijden early adaptors, die de verandering meteen omarmen, en volgers, die pas later de stap zetten. Eens mensen zelf ervaring opdoen, merken ze heel snel dat de gevreesde beperkingen veel kleiner zijn dan gedacht en stappen ze alsnog over.’
Duidelijk beleid is cruciaal
Het plotse afschaffen van de overheidspremie voor elektrische wagens zorgde in ons land voor heel wat ophef. ‘Het is onbegrijpelijk dat een maatregel die amper een maand langer in voege zou blijven, zo abrupt afgeschaft werd’, zegt de professor. ‘We weten dat soortgelijke maatregelen in het buitenland een bijzonder zwaar effect hadden. Zulke beslissingen brengen een schokeffect in het koopgedrag teweeg en schaden het vertrouwen. Consumenten hebben nood aan duidelijkheid over de prioriteiten van beleidsmakers.’ Ook de groeiende weerstand tegen de Europese norm die stelt dat alle nieuwe voertuigen tegen 2035 CO2-neutraal moeten zijn, baart zorgen. ‘Er wordt druk gelobbyd om die norm te versoepelen, terwijl deze lang geleden gecommuniceerd werd. Niemand zou nu verrast mogen zijn. Het is in ieders belang dat we vasthouden aan die ambitie. Vooral voor het klimaat, maar ook voor onze economische groei. Betaalbare wagens worden vandaag vooral in China gemaakt. Als daar binnenkort extra taxen op worden geheven, vinden betaalbare wagens mogelijks minder toegang tot onze markt. Europese spelers hinken op vlak van technologie achterop ten opzichte van andere continenten. Een inhaalbeweging kan de Europese economie helpen aanzwengelen.’ Ook voor de zogenaamde raw materials van elektrische voertuigen is Europa momenteel afhankelijk van externe spelers. ‘Die onderdelen worden vooral in andere continenten geproduceerd, waar de werkomstandigheden soms vragen oproepen. Hoe sterker we als Europa inzetten op recyclage, hoe minder afhankelijk we worden van die leveranciers. Met Umicore hebben we gelukkig een sterke speler aan boord.’
De toekomst is elektrisch
Hybride wagens zullen volgens de professor langzaam maar zeker verdwijnen. ‘Het is en blijft een overgangstechnologie. Tien jaar geleden combineerde zo’n wagen de voordelen van een elektrische wagen in de stad met het comfort van een benzinewagen voor verre afstanden. Dat voordeel is vandaag achterhaald. Om de impact van mobiliteit op het milieu te verbeteren, moeten we elektrificeren. Dat geldt niet alleen voor personenwagens, maar ook voor vrachtverkeer. Zelfs andere modi zoals openbaar vervoer maken de stap naar elektrisch rijden, mede vanwege de lagere kosten. Ik verwacht dat 100% elektrificatie zich volledig gaat doorzetten.’ Die evolutie biedt ook interessante kansen voor studenten. ‘Ingenieursopleidingen en studies rond elektromechanica hebben een enorm potentieel. Hetzelfde geldt voor humane wetenschapsrichtingen die rond duurzaamheid werken. Elektrisch rijden is slechts één schakel in de verduurzaming van onze samenleving, waar ieder van ons zijn steentje aan kan bijdragen.’