Wushu, in het Westen vaak bekend als Kungfu, wordt beschouwd als de essentie van de Chinese vechtsporten. Deze dynamische en visueel indrukwekkende discipline combineert traditionele gevechtstechnieken met artistieke expressie. Zowel ongewapende routines als wapentechnieken worden uitgevoerd in vloeiende, krachtige bewegingen die kracht, balans en precisie demonstreren. Dankzij films en iconen zoals Bruce Lee, Jackie Chan en Jet Li, is Wushu niet alleen een sport, maar ook een culturele kunstvorm die filosofie, discipline en erfgoed belichaamt—wat het even fascinerend maakt om naar te kijken als om te beoefenen.

Dr. Yueyi Jia, onderzoeker aan het VUB Martial Arts Expertise Centre, heeft onlangs haar doctoraat afgerond waarin ze de onderwijsmethoden en populariteit van Wushu in China vergeleek met die in West-Europa, met een specifieke focus op België, Frankrijk, Duitsland en Nederland.

Uit haar onderzoek bleek dat de Wushu-trainingsprogramma’s in Europa zich voornamelijk richten op competitiegerichte Wushu, die aanzienlijk verschilt van de traditionele, op gevechten gerichte Wushu. Veel Europese studenten verwachten het laatste te leren, maar krijgen in werkelijkheid vaak wedstrijdroutines aangeleerd die niet de praktische gevechtselementen bevatten waar zij naar op zoek zijn. Deze mismatch tussen de verwachtingen van studenten en de aangeboden lesmethoden is een belangrijke reden voor de beperkte aantrekkingskracht van Wushu in Europa.

De verschillen tussen China en Europa kunnen waarschijnlijk worden verklaard door culturele en systemische factoren. In China is er sterke overheidssteun voor de promotie van Wushu, vooral in competitievorm, met de ambitie om het op te nemen in de Olympische Spelen. In Europa ontbreekt echter dergelijke institutionele steun en brede bekendheid. Bovendien verwarren veel mensen Wushu met Kungfu, wat de groei ervan als mainstream sport verder belemmert.

Het onderzoek eindigt met enkele aanbevelingen om de aantrekkingskracht van Wushu in Europa te vergroten. Dr. Jia pleit voor gerichte programma's voor verschillende leeftijdsgroepen en vaardigheidsniveaus, evenals educatieve initiatieven voor coaches om hun lesmethoden af te stemmen op de interesses en verwachtingen van Europese studenten. Ook benadrukt Dr. Jia de noodzaak van meer lokale competities en gemeenschapsevenementen om het bewustzijn te vergroten en een gevoel van verbondenheid te creëren onder Wushu-beoefenaars en het bredere publiek.

Vooruitkijkend ziet Dr. Jia een toekomst waarin kennisuitwisseling tussen China en Europa de kloof kan overbruggen. Er zijn al plannen voor meer samenwerking tussen Belgische universiteiten en Chinese instellingen, zoals de Shanghai University of Sport. Deze initiatieven kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van nieuwe onderwijsmethoden en programma's om de groei van Wushu internationaal te ondersteunen.