Aloïs Gerlo
1915 - 1998
Aloïs Gerlo, opgegroeid in Baasrode, was een Vlaamse onderzoeker en verzetsstrijder. Hij vocht tijdens de Tweede Wereldoorlog tegen fascisme en voor Vlaamse autonomie, en werd de eerste rector van de VUB.
Aloïs Gerlo groeide op aan de oevers van de Schelde in Baasrode, in een bescheiden, modaal gezin met vier zonen. Zijn liberaalgezinde vader overleed in 1925 op jonge leeftijd. In 1936 behaalde Aloïs zijn licentiaatsdiploma in de klassieke filologie, waarna hij aan de slag ging als studiemeester in het atheneum van Vilvoorde en promoveerde tot doctor in de letteren en wijsbegeerte. Tussen april 1938 en mei 1939 maakte hij een huwelijks- en studiereis naar Parijs.
In Vilvoorde maakten communistische en socialistische intellectuelen deel uit van zijn vriendenkring. Hij werd lid van het Brusselse Comité de Vigilance des Intellectuels Antifascistes. De Nieuwe Orde van 1940 was onverenigbaar met zijn diepgewortelde antifascisme en marxistische achtergrond. Hij kon de ontbinding van de Belgische Werkliedenpartij (BWP) door Hendrik De Man niet aanvaarden en sloot zich direct aan bij de Kommunistische Partij (KP), de enige mogelijkheid die hij zag om actief verzet te bieden. Aloïs begon al vroeg propaganda van de bezetter te weerleggen. Ondanks het pact tussen Nazi-Duitsland en de Sovjet-Unie richtte hij in mei 1941 een afdeling van het Onafhankelijkheidsfront (OF) op in Vilvoorde. Later werd hij hoofdredacteur van het OF-blad “Vrijheid” (1943-1944). Na de oorlog beschouwde hij de sluikpers als het belangrijkste middel in de strijd tegen de bezetter. In België ontstond er een brede waaier aan sluikkranten om de bevolking een hart onder de riem te steken.
In de ondergrondse organisaties werd uit veiligheidsoverwegingen gewerkt in afzonderlijke cellen, volgens strikte veiligheidsregels. Door zijn ijzeren discipline en gedreven inzet klom Aloïs op binnen het verzet. Vanaf februari 1944 dook hij onder en in mei werd hij nationaal adjunct-secretaris van het OF. Hij kreeg de leiding over de Vlaamse publicaties van de sluikbladen en bleef na de oorlog hoofdredacteur van het blad “Front”. Na de oorlog richtte hij zich verder op zijn wetenschappelijk onderzoek en politiek activisme. Hij streed als flamingant voor de Vlaamse Beweging en pleitte in 1947 als eerste voor federalisme op het Algemeen Vlaams Congres. Van 1948 tot 1954 nam hij deel aan de door communisten geïnspireerde Vredesbeweging. Toen in 1956 de wanpraktijken van Stalin aan het licht kwamen en de Sovjet-Unie de Hongaarse opstand onderdrukte, keerde Aloïs terug naar de Belgische Socialistische Partij (BSP).
Vanaf september 1941 was hij leraar aan het Atheneum in Etterbeek, een positie die hij na de bevrijding voortzette totdat hij in 1956 voltijds docent werd aan de Université Libre de Bruxelles (ULB). Zijn wetenschappelijk werk, dat hij ondanks zijn drukke publieke leven nooit verwaarloosde, was voornamelijk gewijd aan het humanisme in de Nederlanden in de 16e-17e eeuw, Neolatijnse letterkunde en pedagogiek en onderwijs. In 1969 werd Aloïs Gerlo de eerste rector van de nieuw opgerichte Vlaamse Universiteit van Brussel. Tijdens zijn hele carrière verdedigde hij met overtuiging van vrije meningsuiting, vrij onderzoek en vrije uitwisseling van documenten en ideeën.
Bronnen:
Gerlo, Aloïs. Noch hoveling, noch gunsteling. Een levensverhaal. Kapellen: Pelckmans, 1989.
Verhulst, Adriaan. Aloïs Gerlo. Encyclopedie van de Vlaamse Beweging, 2023.
Em. prof. dr. Marcel Hebbelinck over rector Aloïs Gerlo, 2020. Via: https://www.vub.be/nl.
CegeSoma, Bestand Gewapende Weerstand, persoonsdossier Aloïs Gerlo (29.01.1915).